Het eind van het lied
Een man loopt 's avonds met zijn hond langs het kleine station aan de rand van zijn nieuwe woonplaats. Op het perron ziet hij een vrouw op de trein staan wachten niets bijzonders, totdat hij zich realiseert dat het station al jaren is opgeheven.
Wat doet die vrouw daar dan? En lijkt zij bovendien niet verdacht veel op zijn vroegere echtgenote? Of is het hun vermiste en dood gewaande dochter, teruggekeerd om haar vader rekenschap te vragen?
Het eind van het lied is het verhaal van een gedoemde relatie die bijna vier decennia omspant. Ooit dreigde de vrouw: `Ik maak je kapot! De man, die een teruggetrokken bestaan leidt in de bossen, raakt dieper en dieper verstrikt in zijn verleden. Een confrontatie kan niet uitblijven.
In sterke beelden roept Hans Hom de nu eens lyrische, dan weer inktzwarte sfeer op van een obsessie, waarin drie mensen gegijzeld raken.
HANS HOM (1942) leeft al jaren van de literatuur; hij verwierf bekendheid als vertaler van onder anderen Thomas Mann en Robert Musil. Nauwelijks bekend was dat hij ook schreef: in Maatstaf verschenen enkele verhalen. Het eind van het lied is zijn romandebuut.